Welkom op dit onderwijsblog. Leuk dat je komt kijken. Dit blog is bedoeld voor verhalen die getuigen van werkplezier (in het onderwijs), maar die ook de wrange realiteit tonen van het huidige prestatiegerichte onderwijs in dit neoliberale tijdperk.

Ingrid

maandag 12 december 2011

Mag het nog leuk zijn?

De laatste tijd bespringt mij vaak de angstaanjagende gedachte dat ik het onderwijs niet meer zo leuk vind. Een gedachte die ik niet prettig vind. Zijn kinderen niet meer leuk? Zeker wel. Is onderwijzen niet leuk? Ook dat moet ik betwisten. Waar ik echter veel moeite mee heb, is de huidige druk die op het onderwijs ligt. Dat zal op de school waar ik werk ongetwijfeld ook te maken hebben met het stempel 'zeer zwak'. Er wordt geknokt om een groene sticker te krijgen. De druk om ons lesgeven te verbeteren is enorm. Ik voel die dagelijks op mij liggen. En ik weet van collega's hetzelfde. Het is niet erg om hard te werken. Het is niet erg om op een andere manier te werken. Het is wel erg om geen tijd voor kinderen te hebben. Vreemd he, deze opmerking. En toch is dit wel heel waar, voor mij. Er moet zoveel gedaan worden. De ene instructie volgt de andere op. Het ene plan na het andere moet geschreven worden. Tijd om even met een kind te praten, heb ik niet of nauwelijks. Dat was voor de rode stempel  ook al moeilijk. Eerlijk is eerlijk. Maar het is er zeker niet beter op geworden. De hete adem van de inspectie voel ik in mijn nek. Niet dat ik de hele dag aan de inspectie denk hoor. Gelukkig niet. Maar er wordt zoveel verwacht! Mijn tijd is gevuld van half acht tot zes uur. En thuis worden ook nog de nodige uren aan werken besteed. Pauze? Hmm, een hapje eten en ondertussen praten over werk, werk, werk. Leuk? Nee. Helemaal niet. De kinderen zijn leuk. Het gebrek aan tijd voor werkelijke aandacht voor kinderen vind ik toch wel heel triest. En dat is volgens mij echt niet alleen door ons rode stempel. Het is iets van de hele samenleving. We moeten presteren. We moeten meedoen. We moeten beter en meer. Het gaat niet meer om iets waardevols, de ontwikkeling van de kinderen. Het lijkt wel alsof het om een product gaat dat afgeleverd moet worden. Ik krijg de neiging om te roepen: Het zijn geen robots hoor, in mijn klas!
Onlangs hoorde ik dat het op de Pabo niet meer draait om het werken met kinderen. Dat moet volgens een docent uit Utrecht niet meer de motivatie zijn om voor de Pabo te kiezen. Het gaat om het vak. Eerlijk gezegd begrijp ik dit niet helemaal. Is een school niet meer bedoeld voor de ontwikkeling van kinderen?
Zo'n opmerking zet mij opnieuw aan het denken. Mag het dan niet meer leuk zijn, dat lesgeven? Zijn we dan met z'n allen gek aan het worden of zo? Wat ik zeker weet is dat ik dit niet leuk vind. Hoe keren we echter het tij?

dinsdag 1 november 2011

het knaagt

Nee, dit is geen spreekbeurt over de hamster. En ook niet over het konijn. Het is iets dat in mij opkomt na het inspectiebezoek. Wat er dan knaagt? De gedachte dat wat de inspectie verwacht onmogelijk. Het afgelopen jaar is er keihard gewerkt. En de afgelopen maanden hebben we ons als team helemaal te pletter gewerkt. Het ene groepsplan na het andere, de ene analyse na de andere. Document zus, document zo. Uren heb ik achter die stomme computer geplakt gezeten. Gisteravond nog. Vanochtend nog. Afgelopen weekend in de auto. Vriend achter het stuur, ikke werken. Bezoekje gebracht. 'Mag ik even een mailtje versturen?' Weer in de auto. Weer werken. Volgend bezoekje. 'Mag ik even naar mijn email kijken?' En zo weer naar huis. De weken daarvoor nauwelijks 's avonds vrij geweest. Geen schrift nagekeken. Geen observatie kunnen doen. Is dit dan wat de inspectie wil? Nee, de inspectie wil alles. En observaties, en nagekeken werk en rust in de groep en controle en instructie, instructie, instructie en al die verdraaide plannen. Dat moet ten koste van iets gaan, dat en en. In mijn geval gaat dat ten koste van mij. Ik ben kapot. En mijn collega's? Ik kan niet voor hen spreken, maar zie de moeheid. Is dit de bedoeling? Die vraag blijft toch echt aan mij knagen.

woensdag 5 oktober 2011

Lesgeven met je hart

Het lijkt alsof er geen vakantie bestaan heeft. Geen zes weken 'kinderloos'. Lesgeven is alweer als een oude, bekende jas. Ook de kinderen beginnen 'te voelen' als 'van mij'. Dat is altijd een dubbel gevoel. De kinderen die aan mij zijn toevertrouwd, sluit ik in mijn hart. Hoe moeilijk of dwars, hoe grappig of lastig ze ook zijn, ze worden een deel van mij. En dan komt het: in de klas. Daarbuiten houdt mijn invloed op. Mijn gevoel echter niet.

Lesgeven doe je met je hart, maar de tijd is zo kort!

woensdag 20 juli 2011

zoveel dagen

Nog nooit heeft een laatste schoolweek zoveel dagen gehad. Er lijkt wel geen einde aan te komen. Nu nog twee, lange, zware dagen. Hoe kom ik ze door????

donderdag 14 juli 2011

Hoeveel oververmoeide leerkrachten gaan er in een liter?

Beetje flauwe vraag misschien, maar de moeheid giert op school rond. Holle ogen, dikke wallen, langzame tred. Overigens niet alleen bij de leerkrachten. De kinderen kun je 's ochtends ook nog wel een bed geven in plaats van een rekenles. En dan moeten we nog een week en morgen ook nog, niet te vergeten!!!

Wie heeft die vakantiespreiding bedacht? Een twee weken langer schooljaar is echt niet prettig!
En helemaal niet als je op het laatst nog zo belachelijk veel moet doen. Of we woensdag maar even onze zorgmap klaar willen hebben voor de overdracht. Natuurlijk snap ik dat de zorgmap klaar moet. Maar wanneer moet ik dat in vredesnaam gaan doen? Deze week toch al wel een uurtje of 35 gewerkt, terwijl ik nog maar drie dagen gewerkt zou moeten hebben. Iets klopt er niet. De enige troost is dat iedereen op school in hetzelfde schuitje zit. Wel een schrale troost overigens...

zondag 10 juli 2011

Meten is weten?

Sinds de school waar ik werk een zeer zwakke school is geworden, worden we met elkaar bedolven onder administratieve zaken. De directie en IB-er werken zich een slag in de rondte en hebben volgens mij sinds een jaar een zevendaagse werkweek van toch wel zo'n uurtje of 12 per dag. Hoe lang ze dat kunnen volhouden? Het nieuwe schoolplan moest ook nog eens klaar en daarnaast alle formulieren, plannen, analyses en ga zo maar door voor de inspectie. Als leerkracht heb ik gelukkig alleen te maken met mijn eigen groep. Werk genoeg. In de laatste weken heb ik alle handelingsplannen moeten evalueren, een nieuw handelingsplan gemaakt voor een bepaalde leerling, de groepsplannen geevalueerd, cito resultaten ingevoerd en analyses daarvan gemaakt. En voor het geval dat niet duidelijk was, ook nog gewoon lesgegeven! Analyses gemaakt van mijn manier van werken en de positieve of negatieve gevolgen daarvan en dan ook nog de gewone rapporten, groepsbespreking en deze week 26 oudergesprekken n.a.v. de resultaten van de cito entree toets. Dat is niet mis.

Over al die administratieve rompslomp wil ik twee opmerkingen maken. De eerste is dat het gigantisch veel tijd kost en de tweede is dat het in sommige gevallen wel zinvol is om te doen. Aan mij wordt echter niet gevraagd een analyse te maken van het maken van analyses en het nut er van. Toch interessant om wel te doen.
Als ik de voors en tegens op een rij zet, dan weet ik zo net nog niet of het maken van al die analyses en handelingsplannen wel zo effectief is.
Tegens:
1. Het kost veel tijd.
2. Op papier staat het mooi, maar de praktijk is toch anders.
3. Kinderen zijn geen producten die je kunt kneden in een vorm en met wat extra inzet dus kunt kneden tot een goed product.
4. Als ik mijn tijd kan besteden aan een goede voorbereiding, werkelijk nakijken en goed lesgeven, weet ik waarschijnlijk meer van het niveau en de ondersteuningsbehoefte van de kinderen dan door al die administratieve rompslomp die er nu is.
5. Kinderen die 'minder sterk' zijn op een bepaald gebied of in sommige gevallen op veel gebieden, worden niet gelukkiger van al die extra instructiegroepen en niveaugroepen. Hun gevoel van zekerheid wordt daardoor ondermijnd.
6. Is er onderzoek gedaan naar het nut van het maken van al deze analyses in vergelijking met Cooperatief Leren?

Voors:
1. Op papier is duidelijk waar aan is gewerkt en gaat worden gewerkt.
2. Op papier is duidelijk waarom iets wel/ niet heeft gewerkt.

Meten is weten, zegt men. En men is dan iedereen die vindt wat in de melk te brokkelen te hebben. Ik vraag me echter af wat je weet door te meten?

In mijn groep doet het volgende zich voor:
In mei is de cito entreetoets gedaan. Eind juni zijn er nog twee 'gewone' cito spellingtoetsen gedaan. De resultaten van deze toetsen komen in een aantal gevallen helemaal niet met elkaar overeen. In een enkel geval scheelt het zelfs twee niveaus. In de meeste gevallen een aantal punten op de vaardigheidsscore, waarbij opgemerkt moet worden dat de toetsen in juni beter zijn gemaakt dan de entreetoets. Welke score geeft nou het juiste beeld? Welke toets meet nu wat? Wat weet ik nu? Wat kan ik nu werkelijk met deze gegevens? Duurt de entreetoets te lang, waardoor kinderen er niet meer volledig voor gaan? Is de manier van vragen van de entreetoets moeilijker? Zijn er te weinig categorieen aan bod geweest? Waren de voorwaarden toen minder gunstig (Lijkt me sterk, want eind juni tijdens de toetsen was het 30 graden!)?
Ik weet niet wat ik met deze gegevens moet.

Dan nog een andere 'meten is weten'. Voor lezen worden de kinderen op drie manieren getoetst. Allereerst via het wel bekende AVI systeem. Daarbij moeten kinderen een tekst in een bepaalde tijd lezen, met zo min mogelijk fouten. Dit lijkt mij een heel mooi, reeel beeld opleveren van de leeskwaliteit en het leestempo van de kinderen.
Dan is er een DMT toets. Deze toets bestaat uit het zo snel mogelijk lezen van rijtjes woorden, in drie minuten. Wanneer in ons 'normale' leven moeten wij woordrijtjes lezen? Wat meet deze toets en wat heeft deze meting te maken met de praktijk van alle dag?
En als laatste hebben we de leestempotoets. Een toets waarbij kinderen een verhaal moeten lezen. In dat verhaal staan telkens drie woorden met een schuine streep ertussen. Twee van die woorden zijn fout. De goede moet aangestreept worden. Wat meet deze toets? De vaardigheid in goed puzzelen? Scherp woordbeeld? Ik heb geen idee. Het enige voordeel van deze toets ligt op organisatorisch vlak. Met de hele klas kan dit tegelijk gemaakt worden. Dat de leerkracht dan vervolgens een dik uur bezig is met nakijken ...
Op deze drie toetsen wordt heel gevarieerd gescoord. Een kind die door alle AVI niveaus heen is, kan toch een D (onvoldoende) scoren voor de DMT toets. De leestempo toets wordt over het geheel genomen slechter gemaakt dan de DMT toets. Maar, dat moet ik er bij zeggen, op het lezen van woordjes is geoefend. De vraag die bij mij opkomt is of kinderen die die woordrijtjes hebben geoefend, werkelijk beter kunnen lezen. Ik durf dat toch ernstig te betwijfelen.

Waar zijn we met elkaar mee bezig? Ik begrijp dat onze school bezig is om uit de rode cijfers te komen, voor wat betreft het inspectieoordeel. Alle begrip! Met blijvende rode cijfers kunnen we de school uiteindelijk sluiten. Dat lijkt me niet iets wat we willen. Maar toch vraag ik mij af waar onderwijzend Nederland mee bezig is. Is er wel eens een analyse gemaakt, een werkelijke analyse, waarom het onderwijs volgens de overheid niet goed genoeg scoort? Is er wel eens gekeken naar alle achterliggende veranderingen die het onderwijs heeft doorgemaakt? De bezuinigingen als WSNS en Passend Onderwijs? De enorme werkvermeerdering voor leerkrachten en directies, zonder dat aan de voorwaarden om die uit te kunnen voeren wordt voldaan? Vraagt niemand zich af of ik al die extra dingen wel rond kan krijgen in de tijd die er voor staat? Of de dingen die een directeur allemaal uit moet voeren? 'Men' in ieder geval niet.
Het gaat bij 'men' alleen maar om het passend maken van het financiele plaatje en de controle of er goed wordt gescoord. Hoe een school dat met het beperkte budget en de beperkte middelen moet doen, is geen onderwerp van zorg en aandacht.

Volgens mij gaat het onderwijs op deze manier alleen nog maar meer achteruit. Leerkrachten werken zich kapot. En wat krijgen ze er voor terug? Nauwelijks voldoening uit het werken in de klas, want er is geen werkelijke tijd om aandacht aan kinderen te besteden. En juist die aandacht maakt het vak boeiend, inspirerend en energiegevend. De hele dag zit volgepropt met instructies en nog eens instructies. Als ik een gesprek met een kind wil voeren, moet dat na schooltijd. En wanneer heb ik na schooltijd eigenlijk tijd daarvoor? Drie van de vier dagen niet eerlijk gezegd. Vergadering zus, bespreking zo, analyse dit en activiteit dat. Sorry kind, maar volgende week gaat het misschien wel lukken. Of misschien ook niet... Is dit wat wij willen? Ik niet in ieder geval!

Wat dan wel een oplossing is? Weg al die plannen. Terug naar werkelijke aandacht voor het kind. Niet doen alsof we individueel onderwijs kunnen geven. Gewoon, klassikale instructie met hier en daar een uitvlieger naar boven. Maar bovenal veel samenwerkend leren. Heel veel. Dat is bewezen effectief voor het niveau van presteren. Zorgt voor een verbetering in het groepsklimaat, activeert kinderen, motiveert kinderen en zorgt voor meer zelfvertrouwen.

Volgens mij moet de spreuk niet zijn 'meten is weten', maar 'samenwerken is leren'.

woensdag 29 juni 2011

Wat een week!

Nou ja, week! Weken eigenlijk. Vorige week waren de kinderen mega druk. Logisch, want woensdag was het schoolreisje. En blijkbaar moet je daar zenuwachtig voor zijn en druk. Eigenlijk was woensdag wel de leukste dag. Een sportieve survival en daarna gezellig zwemmen. Echt een ontspannen dag. Donderdag studiedag. Zeer vermoeiend! En vrijdag een totaal verregende excursie in het bos met kinderen die er echt geen zin in hadden. Dat was die week.

En dan deze week. Maandag, 28,7 graden in de klas. Twee spellingtoetsen. Kinderen die niet vooruit te branden zijn. Dinsdag nog warmer. Nog meer zeer vermoeide kinderen en juffen. En dan toch maar toetsen, want ja, woensdag moest het klaar. Uitgesteld, want vorige week was het ook niets gedaan met de concentratie. Woensdag, rust, dacht ik. Lekker opgefrist. Verkeerd gedacht. Kinderen doodmoe en vijf meter van het raam vandaan waren ze bomen aan het zagen en vermalen. Niet te geloven! Halverwege de toets maar gestopt. Niet klaar dus. Jammer dan! Geen instructie kunnen geven. Schreeuwend gaat dat toch echt niet zo makkelijk. Aan het einde van de ochtend was er eindelijk rust en stilte! Maar niet in mijn hoofd.

Want toen nog al het andere werk. Evalueren handelingsplannen en groepsplannen (dat laatste nog niet klaar overigens), analyseren rekentoets, maken extra materiaal n.a.v. rekentoets, rapportcijfers berekenen, werkstukken nakijken en naar een voorlichtingsbijeenkomst. Echt, wat een week!

Nog drie weken en twee dagen werken. De hoeveelheid werk die in deze weken nog gedaan moet worden past niet in deze weken. Groepsbespreking n.a.v. cito entreetoets en zesentwintig oudergesprekken daarover, groepsoverdracht van mijn nieuwe groep en groepsoverdracht van mijn huidige groep, afscheidsperikelen groep 8, maken nieuwe handelingsplannen en groepsplannen, rapporten maken, ouderavond over verbetertraject, afscheidsetentje, eindejaarsfeest met de kinderen en ga zo maar door. (Gelukkig ook nog leuke dingen!) En dan geven we ook nog les. Dat zou je bijna vergeten. Aan zeer vermoeide kinderen die minder lijken te weten dan bij de start van het jaar. Zucht! Elk jaar hetzelfde. En elk jaar 'overleef' ik het wel weer, maar vraag me niet hoe!

donderdag 16 juni 2011

Moe

Dat zijn ze, de kinderen. Gewoon moe. Moe van een jaar lang hard werken. Moe van een paar weken cito toetsen. Moe van het laatste, intensieve project. Moe, gewoon moe. Maar ook gezellig. Heel gezellig. Het lijkt wel alsof alles kan. De sfeer is goed. Er is plezier. Juf wordt heerlijk geplaagd. Pennen verdwijnen alsmaar en de grapjes vliegen door de klas. En als laatste wordt er nog hard gewerkt aan een talentenjacht. Wat wil een mens nog meer? Nou, eigenlijk gewoon nog even 5 weken genieten!

zaterdag 28 mei 2011

Recht uit het hart

Vandaag genoten van een artikel in Schooljournaal, getiteld: Hoogleraar Bosman: 'Handelingsplannen? Zonde van de tijd!' Smullen en recht uit het hart. Fijn dat meer mensen er zo over denken en ook mensen die op dergelijke posities zitten!

maandag 16 mei 2011

Demotiverend?

Vandaag werd ik weer eens geconfronteerd met demotivatie van leerlingen. Volgens mij zijn wij leerkrachten er goed in om kinderen te demotiveren. Of moet ik er bij zetten: In deze tijd vol analyses, handelingsplannen en prestatiedruk?
Ik heb toch regelmatig het gevoel dat al die extra instructies, de RT en bijles niet bepaald motiverend zijn. Natuurlijk is het zinvol om iets te oefenen dat je nog onvoldoende beheerst. Maar wordt het extra oefenen tot een dwang, waarbij het kind uit het oog wordt verloren, dan vraag ik me toch af of het wel zo zinvol is. Uit onderzoek komt dat kinderen uit het SO niet altijd beter presteren, maar wel dat hun zelfbeeld vele malen beter is. Zijn wij in het reguliere basisonderwijs niet druk bezig om faalangst en een negatief zelfbeeld te kweken? Is onze aanpak niet een bevestiging van het onvermogen van het kind? 'Ik moet ook altijd extra instructie!' Een opmerking van een kind. Hoe zou ik het vinden als ik altijd maar extra instructie zou krijgen? Die ervaring heb ik niet, gelukkig. Het lijkt mij namelijk een enorm stempel drukken op mijn gevoel van eigenwaarde. Telkens weer die bevestiging dat ik het niet goed doe. En helpt het? Er zijn kinderen die nooit hoger dan een vijf zullen halen voor een bepaald vak. Is het voor hun idee zinvol, al die extra uitleg? Als iets zichtbaar helpt, wil ik misschien wel extra geholpen worden. Maar als ik niet het idee heb, dat ik vooruit ga, wat moet ik er dan mee? Wat denk ik dan over mijzelf? En waaro zou ik dan nog mijn best doen?

Ik vraag me af op welke wijze wij ons onderwijs kunnen verbeteren zonder het zelfvertrouwen te ondermijnen van kinderen die de leerstof moeilijker vinden dan gemiddeld. Wat doen wij eigenlijk fout? Waarin moeten wij extra instructie krijgen of een handelingsplan?

zondag 15 mei 2011

droomstad

In het kader van de Flevolandse pioniersgedachte wil een projectontwikkelaar samen met kinderen een droomstad ontwikkelen. Leuke gedachte. Of ik mee wilde doen met mijn groep. 'Ja, natuurlijk!' Voor zoiets leuks wil ik in mijn vrije tijd wel extra investeren. Dus doen we mee aan een wedstrijd, samen met drie andere scholen. Wie het mooiste ontwerp maakt, ziet later dit ontwerp terug in de echte stad. De kinderen zijn bijzonder enthousiast. Wat moet er in een stad komen, gericht op het jaar 2030? Duurzaamheid, innovatie, groen en recreatie zijn sleutelwoorden. Creatieve ideeen worden geopperd. Een robotfabriek, zuiveringsinstallatie om afvalwater te herproduceren, een waterdichte glijbaan door een visvijver enz. Ook een standbeeld van een zeearend en stadsrondritten mochten volgens de kinderen niet ontbreken. De zonnepanelen waren ook in de aanbieding. Leuk, erg leuk. Juf geniet, want de kinderen genieten!

analyses

Bah, de analyses en handelingsplannen komen mij de oren uit. Ik kom werkelijk nauwelijks aan andere dingen toe. De hoogstnoodzakelijke lesvoorbereidingen en het nakijken van toetsen en werkstukken behoren tot de weinige dingen die wel lukken. Daarnaast rol ik van het ene overleg in het andere en van de ene analyse naar de andere. Iets leuks voorbereiden, dingen eens anders doen... Geen tijd. Ja, in mijn eigen tijd. Is dit nog leuk?
De inspecteur is geweest. Gelukkig. We kunnen weer even ademhalen. Dat wel, maar toch...

dinsdag 26 april 2011

afstemmen en Human Dynamics

In het kader van het verbeteren van onze Directe Instructie kreeg het hele team de opdracht een instructie te verzorgen voor drie teamgenoten, onderwerp: iets dat je interesseert. Mijn keuze was snel gemaakt. Ik ben verzot op de theorie van Human Dynamics. Nadat ik de schok had verwerkt tijdens de module HD dat deze theorie nauwelijks evidence based is, heb ik intens genoten van het herkennen en erkennen van mijzelf en mijn zijn en het accepteren en waarderen van het zijn van anderen. Of de theorie nou echt onderbouwd is of niet, maakt mij niet meer uit. Voor mij werkt het! Dus heb ik afgelopen donderdag in tien minuten kwaliteiten op laten schrijven (activerende startopdracht) doelen benoemd, de basisgedachten van HD uitgelegd, linken gelegd naar The Social Styles (ja, ik moest voorkennis activeren natuurlijk) en drie collega's aan het werk gezet om hun eigen manier van zijn te ontdekken. Natuurlijk kon dat niet in tien minuten. Maar het leuke was, dat de collega's unaniem meer wilden weten over HD. Mijn hele dag was al goed, maar toen niet meer stuk te krijgen. Gelijk bij de directeur neergelegd dat men meer over HD wilde weten. En zij, ook bekend met HD, stemde daarin toe. Helemaal top!

Waarom HD zo leuk is? Omdat HD handvatten geeft om een ander met bijvoorbeeld een ander denk- of werktempo beter te begrijpen. Maar ook omdat je door het kennen van je eigen zijn en dat van anderen beter kunt afstemmen, waardoor je de dingen die je doet krachtiger neer kunt zetten. Goed voor de organisatie. Goed voor de mens!

zondag 17 april 2011

talenten

Vrijdag opnieuw de kracht ontdekt van het kinderen aanspreken op hun talenten. Al een tijdje geleden werd aan mij gevraagd: 'Juf gaan we weer een school-factor doen? Net als X-factor?' Deze vraag verraste mij positief. Blijkbaar was dat element vorig schooljaar goed bij de kinderen ontvangen. Om tegemoet te komen aan hun vraag, overlegde ik met de directeur. Deze gaf mij de vrijheid om iets dergelijks met de kinderen te gaan regelen. Dit bracht, al weer een paar weken geleden, een enorm gejuich tot stand. In de tussentijd hebben de kinderen posters gemaakt om de andere leerkrachten en kinderen ervan te overtuigen. Dat is gelukt. En vrijdag was dan het moment waarop de intekenlijsten gemaakt konden worden en de reclameposters voor in de school. Bij de aankondiging daarvan ging direct een enorme flow door de groep. Er werden groepjes gemaakt, waarbij ik verrassend leuke initiatieven ontdekte. Kinderen die normaal gesproken moeite hebben om zelf actief een groepje te zoeken, deden dit nu wel. Er werd overlegd en samengewerkt. Onze missieverklaring in de praktijk, om het maar zo te zeggen. (Acceptatie, vriendschap en plezier, ja dat hebben wij hier.) Als rekenen af was, mochten de kinderen aan die opdracht gaan werken. Indrukwekkend om te zien hoe hard, serieus en gezellig er werd gewerkt. In de pauze kwamen twee jongens naar me toe: 'Juf, hebben wij een goede versterker op school voor onze gitaar?' Ik legde uit wat we hadden, waarop zij vroegen of ze dan 's middags hun gitaar mee konden nemen om te proberen. Dat vond ik natuurlijk prima. En ja hoor, ze hadden die bij zich. Terwijl de rest zich even buiten vermaakte (verdiende vrijetijdspunten) probeerden zij de versterker uit. Ik heb hier van genoten. Van dit enthousiasme, deze motivatie en de energie die dit alles gaf. Dit deed mij er opnieuw bij stilstaan dat deze manier van leren zo krachtig is. Daar nog meer gebruik van maken zou geweldig zijn.

donderdag 7 april 2011

Aftellen

Moe, dat ben ik er van. Een opleiding doen is echt erg leuk. Je leert er veel van. Raakt geinspireerd en extra gemotiveerd om dingen te doen. Telkens ontdek je leuke, nieuwe, uitdagende dingen. Je leert jezelf beter kennen, de kinderen in de klas, je collega's. Nieuwe inzichten en veel begrip. Is dat alles bij elkaar wijsheid? En toch is er een kleine maar. En die maar betreft de enorme tijdsinvestering. Volgens mij weet ik van gekkigheid niet meer wat ik moet doen als ik klaar ben. Vrije tijd, wat is dat? Tijd voor sociale contacten, bestaat dat? Tijd om uit te slapen, heb ik dat ooit gehad? Tijd om even niets te doen, gewoon helemaal niets, ook niet denken aan wat nog allemaal moet, plannen, organiseren, regelen. Nee, gewoon helemaal niets. Ik geniet al bij voorbaat. Nog ruim twee maanden. Ik ben echt aan het aftellen. Nog even doorbikkelen. Nog even de tanden op elkaar, avonden vol met werk. Weekenden die zijn volgepropt met werk, werk, huishouden, werk, een minimaal sociaal leuk contact en nog eens werk. Vanavond was ik er ineens moe van. Een klein uurtje gewerkt. Toen gaf ik er de brui aan. Nu ga ik een uurtje bijkomen op de bank. Het lijkt me heerlijk!

dinsdag 29 maart 2011

zelfsturende teams

Het is weer zo ver. Vernikkelen van de kou. Je stem schor schreeuwen en eindelijk tijd om met een collega of ouder over wat anders te praten dan over werk. Precies, het schoolvoetbaltoernooi. De heren hadden gister de eerste twee wedstrijden. Er werd fantastisch goed samengewerk. In een gesprekje met een van de coaches (een ouderpaar) bleek dat de kinderen zelf de opstelling en de wissels hadden bedacht. En ook dat ze zelf heel veel aan de training hadden gedaan. De ouder vond dit geweldig. En daar ben ik het helemaal eens. Wat wil je nog meer dan zo'n zelfsturend team? Tijdens het spelen bleek dat de aanvallers hun werk goed deden. 4-0 werd het. De tweede wedstrijd was wat moeilijker. De verdediging moest flink lopen en kon helaas een tegendoelpunt niet voorkomen. 0-1 Dat was zeker een teleurstelling, maar ik heb geen wanklank gehoord. Dat zelfsturende team laat me maar niet los. Kinderen kunnen, zo blijkt maar weer, uitstekend zelf dingen organiseren en daarbij rekening houden met ieders kwaliteiten. Als kinderen dat kunnen, waarom kunnen wij dat dan niet? Waarom moeten leerkrachten aan het handje worden gehouden? Waarom moet voor ons worden bepaald wat we wel en niet doen en hoe? Waar blijft de motivatie als dingen voor je worden beslist? Ik denk dat we nog veel kunnen leren van deze groep kinderen.

vrijdag 25 maart 2011

wat is de waarheid?

Al een week lang loop ik rond met vragen. Nou ja, een week... Veel langer eigenlijk al, maar deze week werd ik opnieuw bij deze vragen bepaald. Als leerkracht van een school die onder inspectietoezicht staat, word ik gedwongen bepaalde dingen te doen. Niet doen, is afgestraft worden. Het doen betreft vooral het zichtbaar maken op papier van acties die je doet. Op zich niks mis mee. Papier zorgt voor duidelijkheid, toch? Maar volgens mij zit in dat papier ook de valkuil. Papier is geduldig, maar kost ook tijd. Het schrijven van plannen van aanpak, beschrijven van analyses, beschrijven wat je plan is voor de komende zes weken... Een tijdrovende bezigheid. Het doel hiervan? Voor de inspectie waarschijnlijk dat we controleerbaar zijn. Mijn doel, als ik het werkelijk zou willen, is het verbeteren van mijn onderwijsaanbod. En dat laatste lijkt mij toch het belangrijkste doel van de inspectie. Het vreemde is echter dat door het toenemen van de papierwinkel de werkelijke tijd voor het verzorgen van goed onderwijs afneemt. Vandaag ben ik 3 uur bezig geweest met het opnieuw inrichten van de groepsmap en zorgmap. Dit volgens het nieuwe systeem waarbij de eisen van de inspectie zijn meegenomen. Wat was er mis met het oude systeem? Keurige groepsoverzichten, resultaten, automatisch gegenereerde ananlyses, een mooi weekrooster met daarin vermeld alle extra te geven instructie enz. Waarom een overzicht van de uit te voeren lessen en de lesdoelen van het hele jaar? Die staan toch gewoon in de methode? Waarom analyses van elke taaltoets? Je bespreekt die toetsen toch altijd na en je geeft toch extra uitleg als je ziet dat een kind iets niet goed heeft begrepen? Waarom al die handelingen vastleggen?
En niet alleen ik ben er vandaag 3 uur mee zoet geweest. En niet alleen vandaag. En dan heb ik het nog niet over al het werk dat de IB-er en de directie hebben aan het komende bezoek van de inspectie. Het lijkt mij dat de inspectie wil dat we meer kwaliteit leveren. Staat kwaliteit gelijk aan een goede administratie? Of beter gezegd: betekent een goede administratie dat je goed presteert?
Volgens mij zorgt de inspectie voor minder kwaliteit. Door het vele werk van vandaag bijvoorbeeld, liggen de taaltoetsen nog onnagekeken in de kast. De planning is dat ik deze maandag met de kinderen nabespreek. Jammer van de planning, maar dat is niet haalbaar.
Of ik de analyses van alle toetsen van het afgelopen half jaar nog maar even wil maken. Hoezo? Met welk doel? We gaan toch voor kwaliteit? Ik heb n.a.v. de toetsen extra hulp geboden. Waarom dat achteraf nog op papier zetten? Om een wit voetje te halen bij meneer de inspecteur? Alle tijd die me dat kost, kan ik niet besteden aan het voorbereiden van de lessen.
Er moet een nieuwe methode voor rekenen, technisch lezen en schrijven worden uitgezocht. Wanneer heb ik tijd om mij daarin te verdiepen? Al het papierwerk verdringt mijn tijd voor waar het werkelijk om draait.
De enorme werkdruk zorgt voor spanning. Het gevoel van 'moeten' is permanent aanwezig. Moeten voor de inspectie. Niet het moeten om kwaliteit te leveren. Dat moeten is niet erg. Dat wil ik wel.
Vanochtend om half acht was ik op school, om kwart voor zes trok ik de deur achter me dicht. En dat niet alleen vandaag. En niet alleen ik. Krijg je hier uitgeruste leerkrachten van? Krijg je hier goed toegeruste leerkrachten van? Wordt het onderwijs hier beter van? Ik geloof er werkelijk helemaal niets van!

maandag 21 maart 2011

energie

Na een week groep 8 te hebben gedraaid, was het ook weer prettig om vandaag met mijn eigen groep te kunnen werken. Bijna de eerste vraag die werd gesteld was: 'Gaan we vandaag de groepjes veranderen?' De afspraak was namelijk dat vorige week te doen, maar ja, toen stond ik voor groep 8. Na een rustige start met de weekendverhalen, kwamen de nieuwe groepjes aan bod. Achterop het bord had ik mijn voorstel geschreven. Zoals altijd mochten de kinderen daarop reageren. Na wat argumenten en tegenvoorstellen, was het plan klaar. 'Om 13.15 uur gaan we de groepjes wisselen.'

Tevreden gingen we aan de slag met ons rekenen. Uit ervaring weet ik dat zulke dingen 's ochtends niet zo handig zijn, want er gebeurt iets in de groep bij het wisselen dat zorgt voor het vrijkomen van heel veel energie. Met twee toetsen op het programma, leek het mij verstandig dat niet in de ochtend te doen.

Om 13.15 stonden de kinderen in de startblokken. Eerdere keren had ik alleen de noodzakelijke tafels laten verplaatsen, maar er moest nu zoveel worden verhuisd, dat iedereen de eigen tafel mee kon nemen. Na nog een korte toespraak en een tijdafspraak, begon het gesjouw. Na 1 minuut kletterde een glazen potje op de grond. Met grote zorg werden de glasscherven opgeraapt. Na vijf minuten had iedereen een nieuwe plek. Echter, enkele hoofden van kinderen zaten nu voor het beeld van de wat kleinere kinderen. Nog wat verplaatsen en verschuiven had dit tot gevolg. En toen, ja toen was het zover. De energie en chemie vlogen in het rond. Lachen, grapjes, giebelen, roepen. Het moest er allemaal uit. Inmiddels ervaringsdeskundig hiermee, zette ik de kinderen aan het werk met een hernieuwde kennismaking, het bedenken van een groepsnaam en een yell. Toen kon de ontlading plaatsvinden. Heerlijk om te zien. Wat een enthousiasme! De eerste stappen voor een prettige samenwerking zijn in ieder geval gezet!

donderdag 17 maart 2011

Onnavolgbaar

Tot vanmiddag een uur of vier had ik een bijzonder aangename dag. Nog steeds mag ik genieten van groep 8. Helaas voor mijn collega is zij namelijk nog ziek. Voor mij betekent dat een hele week lesgeven aan haar groep. En dat is echt heerlijk. Zij heeft de boel goed georganiseerd. Makkelijk over te pakken. En ik ken de groep op mijn duimpje. Zowaar had ik zelfs 10 minuten tijd om te observeren. Een ongekend luxe!

Om kwart voor vier echter, begon de bouwvergadering. Aangezien ik deze zelf voorzit en ook de agenda maak, wist ik al een paar dagen de ins en outs. Ten minste, dat dacht ik. Om even voor twaalf echter kreeg ik van een collega bouwcoordinator te horen dat we voor de inspectie onze implementatie voor de begrijpend lezen methode op papier moesten hebben. Of we dat punt ook maar even mee wilden nemen. En om half vier kwam de IB-er met het verzoek de inhoud van de groeps-, zorg- en hangmap nog eens na te lopen. 'Vandaag graag, want morgen moet het naar de inspectie.' Ja, die inspectie. Nu ons verbeterplan is goedgekeurd, eindelijk, krijgen we de heren inspecteur weer op bezoek. En of we dan maar even alles in orde willen hebben.

Het agendapunt begrijpend lezen vormde niet echt een probleem. Al vlot waren we daar uit. Het punt groespmappen echter, zorgde, positief gezegd, voor verwondering. Of we namelijk maar wilden zorgen voor een roosterplanning van 6 weken vooruit. 'Zes weken?' De een vroeg of de potjes tip-ex al waren besteld en de ander vroeg zich af welke papieren tijger we nou weer op ons bord kregen. 'Ja, maar de inspectie wil weten of we planmatig handelen en dus of we vooraf nadenken over de leerstof die we die periode aan gaan bieden. En welke kinderen daarop wellicht gaan uitvallen of meer instructie nodig hebben.' Verbazing alom. 'Waar hebben we methodes en handleidingen voor?' 'Zijn kinderen producten geworden?' 'Wat een tijdverspilling. Je plant toch wekelijks en dagelijks wat je gaat doen, welke instructie (handelingsplannen, groepsplannen enz.) en bekijkt dagelijks en wekelijks hoe dingen zijn gegaan en wat je eventueel nog moet uitleggen, herhalen of wat ook!' De verwondering sloeg over in boosheid. Boosheid over de zoveelste dwingende, onzinnige, tijdrovende eis van de inspectie. En of we ook gelijk maar analyses op papier wilden zetten voor alle methodegebonden toetsen. 'Altijd maar weer dat papier. We maken analyses. We voeren acties uit. Waarom nog dat papier? De tijd die het kost om alles op papier te zetten, besteed ik liever aan iets anders!' De irritatie verdween de hele vergadering niet meer.

Nu ik het toch over de inspectie heb, nog even wat anders. Een van de redenen voor ons stempel 'zeer zwakke school' was het feit dat we voor kinderen met bijvoorbeeld dyslexie niet op papier hadden staan dat zij voor bijvoorbeeld spelling de eindtermen van groep 8 niet zouden halen. 'Fout', volgens de inspectie. Voor alle kinderen die de stof van groep 8 niet gaan halen door bijvoorbeeld dyslexie, moet een ontwikkelingsperspectief worden opgesteld. Daarin staat wat de verwachting is. Wat is haalbaar? Welke begeleiding krijgt het kind? Enz. Volgens mij een hele dikke papieren tijger, welke elke keer bijgesteld mag worden. Wat zegt zoiets nou werkelijk? Wordt het kind er beter van? Wordt de school er beter van? Kan de leerkracht het kind hierdoor beter begeleiden? Wat weten we door dit papier? Niets meer dan toen we deze papieren nog niet hadden. Heel bijzonder!
Het bijzondere is echter ook dat kinderen die zo'n OPP hebben, voor bepaalde vakken niet meegeteld hoeven te worden bij de citoscores. De gemiddelde groepsscore verbetert aanzienlijk als je deze kinderen niet meetelt. Dus als je OPP's maakt, presteer je beter. Of toch niet? Ik hoop dat iemand dit nog snapt, want als ik een broek aan zou hebben, zou die nu wel op m'n enkels hangen.

maandag 14 maart 2011

oude liefde

Vandaag een dagje groep acht gedaan. Het was als een oude jas die lekker zit. Heerlijk. Fijne groep, lekker zelfstandig. En de helft heb ik al 2 jaar in de klas gehad, de andere helft een jaar. Dat was even een dagje genieten. Niet dat mijn eigen groep niet plezierig is, zeker wel.
Maar zo'n dag is echt wel even genieten. De manier van aanspreken was weer in een keer goed. De grapjes waren oke en het vertrouwen is er nog steeds. Ik heb er echt van genoten!

vrijdag 11 maart 2011

chaos

Vandaag spontaan een combinatiegroep. Zieke collega van groep 8. Geen vervanging. Naar huis sturen was geen optie. Dus werden de kinderen opgedeeld. 'Arme kinderen', denk ik dan altijd. Maar goed, soms zijn dingen niet anders. Zo kreeg ik zeven kids van mijn oude clubje erbij. Vier van mijn eigen clubje waren er ziek. Dus waren het er uiteindelijk nog maar 29. Altijd nog twee minder dan vorig jaar. Maar wel een een lokaal dat zo'n 16 m2 kleiner is. En dan was te merken. Altijd al een benauwd lokaal. Vandaag was het bijna niet te doen. De enige twee ramen die ik heb, allebei op het oosten, stonden de hele dag wagewijd open. Van enig doorluchten was toen echter nog steeds geen sprake. Ook met de afzuiginstallatie op volle toeren, bleef het benauwd. De open deur gaf enige verkoeling. Dus de hele dag maar de deur open. Ik denk dat ze bij de kleuters ons gezang nog hebben kunnen horen.

Altijd een boeiend schouwspel, twee groepen bij elkaar zetten. Bijzonder om te zien dat de 7 van groep 8 dan toch de 22 van groep 7 de baas zijn. Niet voor lang, denk ik. Maar vandaag wel.

Mijn instructietafel was bezet door drie gezellige meiden. Het bureau lag volgepakt met gemaakte posters. Waar bleef ik? De chaos van de dag zat waarschijnlijk voornamelijk in mijn hoofd, maar rustig word ik nooit van zo'n opdeeldag. Vanmiddag maar even gebruik gemaakt van het heerlijke weer. Dat hielp. Eindelijk werd het toch ook 15.15 uur. Het was best een goede dag, maar die chaos...

Na schooltijd kon ik niet anders dan orde scheppen. Twee lieve meiden hadden mijn bureau al opgeruimd, zelfs de lades. Ineens kon ik mijn eigen rommel in de opbergkast niet langer aanzien. Ik moest en zou iets opruimen. Vreemd verschijnsel, die opruimwoede na zo'n dag. Ik dacht dat het aan mij lag, maar toen ik bij mijn collega binnenliep, zag ik eenzelfde opruimwoede. We konden er gelukkig samen om lachen.

Tegen zessen ging ik compleet gesloopt naar huis. Het enige dat ik nog kon bedenken was dat ik boodschappen wilde doen om een 'dom' boek te kopen, zodat ik de hele avond kon lezen. En blijkbaar was het volgen van dat instinct het enige juiste om te doen. De chaos is weg. Ik voel me vele malen minder vermoeid dan vier uur geleden. Lekker ontspannen. Mijn hoofd is weer leeg. Nu is het weekend echt aangebroken.

donderdag 10 maart 2011

accepatie, vriendschap en plezier

Ja, dat hebben we hier.

Leuk toch, zo'n missieverklaring. Vandaag de gymles hiermee begonnen. "Ik ben benieuwd hoe ik dit bij de gymles bij jullie terugzie!' En of ik het heb gezien. De gymles zet mijn groep altijd klaar. In groepjes krijgen de kinderen een taak. Bij toeval had ik een zevental heren een vrij pittige klus gegeven. Wat een geweldige samenwerking! Het overleg vooraf had wellicht nog wat beter gekund (maar wat zeur ik), maar bij de uitvoering heb ik alleen maar mooie dingen gezien. Ook de andere groepjes werkten voortreffelijk samen, maar deze heren genoten er zichtbaar zelf van. 'O juf, mogen wij dan ook samen een groepje zijn, want we hebben zo goed samengewerkt?' Mijn hart smolt. Ik gaf nog aan dat een groepje van zeven wel erg groot was, maar met volle overtuiging gaven ze aan dat dat geen probleem was. En dat was het ook niet. Een heerlijke gymles. 'Gaan we dit nog eens doen juf?' Daar kan juf geen nee op zeggen.

maandag 7 maart 2011

missieverklaring

Geinspireerd door een een boek over cooperatief leren heb ik de klas vrijdag laten starten met het schrijven van een missieverklaring. Uiteraard vond er eerst een gesprek plaats over de term. Voorbeelden kwamen ter sprake als 'een voor allen en allen voor een', waardoor de kinderen zich een beeld konden vormen van de bedoeling van de opdracht. Begin januari hadden we al een eigen groepsnaam bedacht, te weten 'funny group'. En nu dus de missieverklaring.

Na de uitleg gingen de kinderen aan de slag met het praten over waarden a.d.h.v. een rijtje waarden op het bord. In tweetal voerden ze gesprekjes waarbij ze aan elkaar ook de argumenten voor het belang van een waarde benoemden. Na flink wat gesprekjes werd er een top 3 per kind opgesteld. Vervolgens een top 3 per tafelgroep en uiteindelijk (vandaag) een missieverklaring per groep. Verrassende verklaringen. Ik heb er van genoten. Toen alle verklaringen zichtbaar waren voor iedereen, mochten de kinderen een score hangen aan de 6 verklaringen. Daar rolde uiteindelijk 1 verklaring uit.

Acceptatie, vriendschap en plezier, dat hebben we hier.

Waarop direct een jongen zei: 'Als je er ja tussen zet, loopt het beter.' De hele klas was het met hem eens. En zo hebben we dus onze missie geformuleerd. Ik vind 'm prachtig. En het mooie is dat ik er nauwelijks in heb gestuurd. Het enige dat ik heb gedaan is wat waarden op het bord schrijven die mogelijk belangrijk waren. Fantastisch toch!

Ik vond het wonderbaarlijk leuk om te doen en de kinderen ook. Deze week gaan we er concreet invulling aangeven.

woensdag 2 maart 2011

Hogescholen

Vandaag weer een sterk staaltje planning van de Hogeschool. Keurig om 16.30 uur sta ik samen met mijn twee mede-intervisanten (of hoe je dat ook mag noemen) bij lokaal C201. Geen docent. Na vijf minuten wachten nog geen docent. 'Zal ik maar even bellen?' De anderen knikken. Gelukkig heb ik het 06 nummer en even later klinkt de stem van de docent. 'We hebben toch intervisie?' Verbazing en verwarring. Nee dus. Dubbele planning blijkbaar. Alle andere jaargenoten hebben wel intervisie. Hoe kan het dan dat onze docent ineens les moet geven aan een andere groep? Na wat heen en weer gepraat, besluiten we maar het beste van deze miscommunicatie te maken. Lekker naar huis. Eens een keer op woensdagavond thuis. Dat wordt genieten.

maandag 28 februari 2011

Een nieuwe, frisse week

Altijd weer even wennen, zo'n eerste schooldag, ookal was de vakantie maar gewoon een week. Maar na een uurtje, is het alsof alles weer is zoals altijd. En dat is het dan ook. Gelukkig voel ik de vakantie nog steeds in mijn botten. Heerlijk uitgerust en afstand genomen van het werk.
Vandaag gelijk weer midden in het werk. Bij binnenkomst op school jammerde de telefoon. Een vader van een kind dat net is geopereerd. Kind nog niet naar school. Toen de kinderen kwamen, hoorde ik het ene verhaal na het andere. Verdrietige en blije door elkaar. Overleden opa, vader die gaat trouwen, hele vakantie ziek geweest, lekker in Oostenrijk geweest, gebroken duim enz. Er kan veel gebeuren in een week, dat bleek wel weer. En ja, dan begint het gewone werken weer. Eventjes schakelen en de routine is terug. Een heerlijke klas met tijd voor een grapje en een compliment. En zowaar was er tussen de middag zomaar tijd om echt even te eten en te pauzeren. Ik kan me niet herinneren wanneer dat voor het laatst lukte, maar dat is volgens mij ruim voor Kerst geweest. Het beviel echter uitstekend. Even de concentratie loslaten, het denkwerk op een lagere versnelling en zomaar wat kletsen over de vakantie. Een aangename pauze. Deze versterkte de nieuwe, frisse start. Geen gestress zoals de laatste maanden continu het geval was. Even gewoon een normale schooldag, met normale hoeveelheden werk. Bewust gedaan? Ja. Tip van een oudere collega. 'Werkdruk maak je zelf. Ben je te druk, dan moet je minder dingen doen.' O zo simpel, maar o zo waar. Alleen is de praktijk soms hardnekkig. Maar het gevoel van rust van vandaag, heeft mij wel bevestigd hierin. Tijd. Tijd nemen. Rust nemen. Dat ga ik maar eens volhouden de komende weken.

dinsdag 22 februari 2011

collegialiteit

Deze keer is een bedankje naar mijn collega's op z'n plaats. Voor mijn opleiding ben ik bezig met een praktijkonderzoek. Het onderwerp betreft gedragsproblemen. Een item dat in deze turbulente tijd een hot item is. Op mijn vraag wie er aan een interview willen meewerken, heb ik inmiddels 12 positieve reacties gehad. Echt helemaal top!
Dank jullie wel allemaal!

dinsdag 15 februari 2011

opbrengstgericht werken

Vies woord? Of realiteit? Wat is er mis met opbrengstgericht werken? Een half jaar geleden had ik dat nog zo uit mijn mouw geschud. Nu weet ik het niet meer. Als zeer zwakke school zullen we ons wel op de opbrengsten moeten richten. Daarop worden we, helaas, afgerekend. Of ik daar blij mee ben, is een tweede. En of de werkelijke prestaties van de kinderen daardoor verbeteren, blijf ik toch echt betwijfelen. Natuurlijk kunnen dingen beter. Instructies kunnen beter. Klassenmanagement kan effectiever. De werkvormen kunnen interactiever waardoor de betrokkenheid van kinderen hoger wordt en het leerrendement verbetert. Dat zal ongetwijfeld voor betere prestaties zorgen. En in een aantal gevallen ook voor meer kennis en kundigheid van de leerlingen. Ik zou echter wel eens in onderzoek bewezen willen zien dat hoge cito's gelijk staan aan een hoger niveau. Of beter gezegd: Dat lagere cito's betekenen dat kinderen op een lager niveau uitstromen. De adviezen en uitstroomgegevens van onze school, betreffende het niveau voor VO, komen voor het grootste deel overeen met het diploma dat deze leerlingen behalen. En die adviezen zijn tot op heden zonder kennis van de Cito eindtoets gegeven.
En toch en toch. Opbrengsten zijn natuurlijk belangrijk. En nogmaals, er is zeker genoeg te verbeteren. Maar... Ik blijf bij dat maar hangen. Dit ook omdat ik het gevoel krijg in een situatie te worden gedwongen die niet bij mij past. Over dat gevoel ga ik nog eens rustig verder denken. Dat zal vast iets opbrengen.

zaterdag 12 februari 2011

partnerschap

Gister opnieuw partnerschap met ouders ervaren. 's Ochtends, voor schooltijd, kwam er een ouder bij me. De dag ervoor was tijdens het naar huis fietsen een vechtpartij ontstaan. En deze vechtpartij stond niet op zichzelf. Pestgedrag van anderen zorgde, zo zei ze, regelmatig voor van de fiets geduwd worden of vallen. Ik voelde de woede direct in mij op borrelen. De pesterijen van een groepje tegen een eenling! Hoe durfden ze. Hoe gemeen. Snel besloot ik dit direct aan te pakken. Toen alle kinderen binnen waren, deelde ik mee dat er iets was voorgevallen en dat ik dat eerst met alle betrokkenen wilde bespreken. Kort legde ik uit wat iedereen in de klas ging doen: zichzelf complimenten geven, dit in een groepje bespreken en daarna anderen complimenteren. De opdracht landde naar mijn idee vrij vlot en ik vertrok naar de gang. Met alle betrokkenen van de vechtpartij voerde ik een gesprek. Langzaam zakte mijn woede weg. Mij werd een beeld geschetst van plagerijen die ontaardden in pesterijen en uiteindelijk in een vechtpartij. Alle betrokkenen beseften en erkenden hun aandeel. Met alle betrokkenen besprak ik de ernst van dergelijk gedrag. Ik deelde hen mee dat ik hun ouders zou bellen. Terug in de klas, het was toen al 5 voor 9, was de sfeer merkbaar anders. Uiteraard had de overgebleven rest flink gebruik gemaakt van mijn afwezigheid. Het gekakel was al die tijd luid en duidelijk op de gang hoorbaar geweest. Maar blijkbaar was er toch ook serieus aan de complimenten gewerkt. Bij de terugkoppeling gingen veel meisjesvingers omhoog. En na de eerste jongen, die zichzelf een compliment durfde te geven, volgenden er meer. Ook complimenten aan anderen vlogen door de lucht. Duidelijk geen verloren tijd, de tijd die ik in gesprek was geweest.
Na schooltijd belde ik alle ouders. En bij alle ouders kreeg ik positief gehoor. Ik gaf aan dat de gebeurtenissen buiten school hadden plaatsgevonden, maar dat ik toch mijn zorg over deze zaak met hen wilde delen. Alle ouders gaven aan dit te waarderen en dit met hun kind te zullen bespreken. De ouder die het die ochtend bij mij had gemeld, was ook blij.
Om half zes ging ik met een tevreden gevoel naar huis. Deze manier van oudercontact levert volgens mij een positieve bijdrage aan de ontwikkeling van kinderen.

vrijdag 11 februari 2011

een schuldige tafel

16.00 uur; een vol lokaal; leerkrachten zittend in een u-vorm; geklets en gerommel; vergadertijd?

Barbara zit naast mij. Toevallig valt ons beider blik op Inge die een beker thee wil. Ze slaakt een kreet als een groot deel van de thee langs de kan op de tafel druipt. Arie kijkt ook op en ziet het probleem. 'Daar moet een handelingsplan op', zegt Barbara. 'En wel eerst analyseren', zegt hij. Barbara schiet in de lach: 'Ja, die analyse is belangrijk, anders weet je niet wie er schuldig is.' Arie moet ook lachen. 'Ik durf te wedden dat de tafel de schuld krijgt.' Ik grinnik mee.

De vele, vele handelingsplannen, daaraan voorafgaande ad hoc analyses en stress rondom dit alles, staan op mijn netvlies. Hierbij kan ik me niet aan het idee onttrekken dat de 'schuldvraag' regelmatig niet op de juiste plek wordt gelegd. Daarnaast heb ik het idee, dat we sterk overtrokken reageren. Als een kind ineens een lage C score heeft, maar daarvoor alle jaren een A, moet er toch een handelingsplan worden gemaakt. Dat lijkt mij overdreven. Alert blijven, is dan wel van belang. Eerst eens investeren in kinderen die al langer beneden hun niveau presteren, is naar mijn idee een verstandiger inzet. En daar hebben we echt meer dan genoeg werk aan. Zonder al die handelingsplannen werk je je tenslotte als leerkracht al een slag in de rondte.

dinsdag 8 februari 2011

Dank je wel

Vandaag een dank je wel voor alle ouders met wie mijn duo-collega en ik gister hebben gesproken. Bedankt voor het vertrouwen, de open sfeer, de betrokkenheid en het samen zoeken naar oplossingen. Het versterken van het wij-gevoel. Wij willen met elkaar zorg dragen voor het welzijn en de ontwikkeling van kinderen. Het was een hele lange avond. Intensief. Maar ook verwarmend. Soms een beetje zij-wij. Ik hoop echter dat het wij-gevoel door verder overleg aan kracht zal winnen.

zondag 6 februari 2011

Communicatie is zo dicht mogelijk langs elkaar heen praten.

Zijn we heel goed in, in het onderwijs!

donderdag 3 februari 2011

de nacht duurt voort

De dip is nog niet over. Ik dacht het even, gister. Maar vandaag was de hoop al weer vervlogen. De klas was gelukkig weer top. Een ernstig gesprek gehad over pesten, een groep zijn en elkaar helpen. Mooi resultaat! Aandacht voor iedereen. Niemand die alleen speelde en mooie momenten van samenwerking. Dat voelt bijzonder! Maar de drukte van het andere werk overheerst. Maandag oudergesprekken. Een aantal moet ik nog echt voorbereiden vanwege nieuwe diagnoses. Voor een aantal heb ik nog informatie nodig van de IB-er. Die werkt zich ook twee slagen in de rondte. En dan heb ik het nog niet over de toetsen die er nog liggen. Mijn lieve duocollega was weer fantastisch. Heeft alle rekentoetsen nagekeken. En dat is een bak werk altijd. Helemaal super. Het voorbereiden van de creales (figuurzagen), de briefjes maken voor de oudergesprekken en het drama van een kapot kopieerapparaat zorgden er tussen de middag voor dat ik alleen maar de laatste docu hoofdstukken heb nagekeken. En na schooltijd moest er worden opgeruimd, zoals altijd. En toen was het vergadertijd. Een heftige vergadering over de onduidelijkheden rond de citotoetsen, de druk op teamleden vanuit de directie op het behalen van goede scores en de enorme stapel werk die iedereen heeft. Ik was duidelijk niet de enige die vele avonden werk heeft gehad in de afgelopen weken. Na de vergadering nog wat telefoontjes met ouders gepleegd, de mail beantwoord en toen was het al weer half zes geweest.
Is morgen de nachtmerrie voorbij?

maandag 31 januari 2011

nachtmerrie

In deze periode is het onderwijs soms een nachtmerrie. Vandaag bijvoorbeeld. Al twee weken vragen de kinderen wanneer ik hun docu nou toch eens nakijk. Terecht. Zij hebben hard gewerkt aan hun werkstuk en zijn van mij afhankelijk om verder te kunnen werken. Pas als het werk inhoudelijk is goedgekeurd, mag er in het net worden gewerkt. De taaltoetsen liggen ook al twee weken te wachten. De invallende onderwijsassistent was zo vriendelijk vrijdag de boel na te kijken, maar de beoordeling moet nog gebeuren. De tempotoets rekenen ligt ook al een paar dagen te wachten. De nieuwe taaltoets en het eerste deel van de rekentoets maken de stapel nog wat hoger. En dan niet te vergeten de uitwerking van het plan van aanpak voor de leerling met de net vastgestelde diagnose dyslexie. O ja, dan nog de agenda voor de bouwvergadering, de overdracht naar de duo-collega, de planning van de interventies voor het orthopedagogisch groepsplan, de verslaglegging van de oudergesprekken van de afgelopen week en dan nog het gewone werk wat er altijd is: opruimen, voorbereiden, alle mailtjes, verslag van de BD vergadering van inmiddels twee weken geleden, het schoolreisje dat geregeld moet worden en de gymlessen die moeten worden bedacht. Vanmiddag dacht ik een hoop weg te kunnen werken. Een urgent oudergesprek echter kwam er tussendoor. Absoluut nodig, dat gesprek. Zinvol. Maar tijdrovend en zorgend voor extra werk.
Eerlijk gezegd word ik een beetje gek van de enorme hoeveelheid werk die op mijn bord ligt.
Hoe moet ik dit in vredesnaam allemaal voor elkaar krijgen? Dit is werkelijk niet haalbaar, zelfs niet als ik elke dag nog een uur langer door ga, dus tot 7 uur doorwerk. En dan volgende week ook nog de oudergesprekken n.a.v. de rapporten. Hoe krijg ik dit ooit voor elkaar? Ik zou het werkelijk niet weten!

zondag 30 januari 2011

rapporten

Vrijdag om 13.10 waren ze dan eindelijk klaar: de rapporten. Elke keer weer een hele bak werk. Dit jaar lag de druk nog wat hoger dan anders. Twee oorzaken. De ene was dat de jaarplanning niet zo handig was. De rapporten moesten klaar zijn in de week dat de Citotoetsen nog afgenomen konden worden. Dat was dus haast maken met nakijken. En verbonden aan de Cito's de handelingsplannen, evaluaties en leerlinbesprekingen. En dat allemaal in dezelfde week. De andere oorzaak was mijn opleiding. Daarvoor moest in deze periode ook bijzonder veel gedaan worden. Maar het is gelukt. Alles. Rapporten klaar. Cito's klaar. Handelingsplannen klaar. Groepsplannen klaar. En twee modules afgerond. Het gevoel van opluchting was er vrijdag nog niet bepaald. Twee weken lang keihard werken, vele avonden en ook de weekenden, resulteerden pas vanavond in verlichting. Toen was het orthopedagogisch groepsplan met onderbouwing en al klaar. Een hele berg werk. Maar wel bijzonder inspirerend. Mijn zicht op het zijn en functioneren van de klas is vele malen verbeterd. En acties om kinderen beter te ondersteunen zijn er inmiddels ook genoeg bedacht. Mijn hoofd kan eindelijk tot rust komen.
Deze avond werkelijk niets gedaan voor werk of opleiding. Ongekend. Echt even genieten. Morgen gaan we er weer tegen aan. Morgen pas. Of morgen al? Ach, wat maakt het uit. De kinderen blijven geweldig. Die vervelen nooit en zijn nooit hetzelfde.

zaterdag 22 januari 2011

cito toetsen

De halfjaarlijkse cito toetsen zijn deze week weer door de school gevlogen. De kinderen kregen de ene na de andere toets om hun oren en slaakten een zucht van verlichting na de laatste, gezamenlijke toets. Natuurlijk, als nieuwsgierige leerkracht, maar ook als opgejaagde leerkracht op een zeer zwakke school, heb ik direct alles nagekeken wat af was. De resultaten zijn tot nu toe goed, tenminste, voor lezen en spelling. Rekenen lijkt wat minder, maar ja, nog maar 6 kinderen zijn helemaal klaar, en begrijpend lezen lijkt oke, maar is ook nog lang niet door iedereen gemaakt. De spelling en leesresultaten maakten mij wel blij. We hebben hieraan keihard gewerkt. Het voelde soms 'alsof de zweep erover lag'. De werkvormen echter die we gebruikt hebben, vonden de kinderen meestal leuk. De extra tijdsinvestering lijkt zich nu terugverdiend te hebben. Wat ik mij echter constant afvraag is of de kinderen nu meer weten of dat ze gewoon de toetsen beter kunnen maken. Daar kom ik maar niet uit. Al bekruipt mij nog steeds het dubbele gevoel, dat ik bij aanvang van dit schooljaar al had. Oefenen op de manier die Cito aanbiedt, zorgt uiteraard voor hogere scores. Want een manier van werken die bekend is, maakt dat je beter kunt neerzetten wat je kunt. Maar kunnen ze nu ook meer? Hebben ze meer kennis? Of zijn ze alleen maar handiger in het maken van de opdrachten geworden? Ik hoop het eerste, maar ben toch een beetje bang voor het laatste. Maar dit is toch eigenlijk ook het enige dat de inspectie belangrijk vindt? Maar niet wat ik belangrijk vind. Kinderen moeten uitgedaagd worden om hun kennis te vermeerderen. Kinderen moeten leren leuk vinden en daardoor laten zien wat ze kunnen. In deze heksenjacht naar zwakke scholen, komen we daar echter niet aan toe. Of de kwaliteitsverbetering die de inspectie beoogt ook daadwerkelijk gerealiseerd wordt, durf ik toch te betwijfelen.

maandag 17 januari 2011

dwangmatig

Met verbazing geluisterd naar de woorden van de directeur:
'Van alle kinderen die een D of E score halen, moeten we onze acties aangeven. En zelfs van lage C scores.' Van het eerste deel werd ik niet stil, dat is niet nieuw. Maar sinds wanneer zijn lage C scores niet meer goed? Waar is het einde? Volgend jaar de midden C scores en daarna doen we alleen nog maar iets met kinderen die A en B scores halen? Waar zijn we in vredesnaam mee bezig?
Overigens, was geen idee van de directeur. Weer de inspectie...

maandag 3 januari 2011

Chinese muur

Vandaag dan toch echt weer de eerste schooldag. Na de vakantie en van dit jaar. Ik had me er zeker niet op verheugd. Deze keer was de vakantie echt te kort. Toch was het uit bed komen om half zeven geen moeite. Om half acht stapte ik fris en fruitig de school binnen, niet eens als eerste. En ja, toen was het weer als van ouds. Alsof er geen twee weken vakantie tussen hadden gezeten.
Veel verhalen van kinderen. Veel gesprekjes en momenten van contact zoeken. Veel afstemmen op de kinderen van mijn kant. Het was als een warm bad. Kinderen zijn toch werkelijk fantastisch! Zo vol vertrouwen, veiligheid zoekend, contact zoekend, eerlijk en gericht op fijne momenten. Ondanks de onrust en de zichtbare moeheid van veel kinderen, was het een dag met veel complimenten en serieus en aandachtig werken. Wat ik me ovreigens wel afvraag is hoe het kan dat kinderen op maandagochtend na de vakantie op hun stoel hangen en de tafel als ondersteuning nodig hebben. Net vakantie gehad toch? Of zie ik dat verkeerd?
Maar goed...
Om de onrust tegen te gaan tussendoor een aantal beweegspelletjes gedaan. En lekker gezongen. Het lesrooster even het lesrooster gelaten. Dat alles hielp zeker! In vergelijking met andere maandagen, waren de kinderen 's middags nog redelijk rustig. Het laatste 'uur' hebben we altijd gym op maandag. Een goed moment om uit te razen. Zo ook deze keer. Vandaag zorgde het spel Chinese muur voor een zeer levendig tafereel. Rennen, vliegen, duwen, lachen, gillen en glijden. De energie vloog door de ruimte heen. De kinderen genoten. En dan geniet juf ook.

De kop is er weer af. Morgen weer een nieuwe, frisse dag die we met plezier tegemoet zien.